Ons verhaal

Mijn naam is Petra Visser. Ik ben getrouwd met Rudy en wij hebben twee zonen.
Onze passie voor deze bijzondere honden is ontstaan, nadat wij vanwege allergie problemen binnen ons gezin onze eerste Australian Labradoodle uit Australië hadden geïmporteerd.
Na de komst van Joy werd al gauw duidelijk dat er geen allergie problemen ontstonden en daarnaast waren we op slag ‘verliefd’ op het unieke karakter en de intuitiviteit van deze hond.
Joy heeft veel ‘goeds’ gedaan binnen ons gezin en een droom kwam uit.

Jarenlang dachten we geen honden meer te kunnen hebben… Steeds vaker begon ik te denken over het voortzetten van dit ras in Nederland. Er zouden toch meer mensen dit moois moeten kunnen ervaren. Toendertijd waren er nog maar drie fokkers in Nederland. Vandaar de erg lange wachttijden voor een pup.

Uiteindelijk ben ik me enorm gaan verdiepen in deze honden en hun fokprogramma. Ik kwam in contact met fokkers in het buitenland en ook van hen mocht ik veel leren.

Om een lang verhaal kort te maken: we hebben inmiddels meerdere honden thuis en anderen in gastgezinnen. Sinds 2009 hebben we een aantal nestjes gefokt. Ook ben ik enorm trots dat een aantal fokkers met onze lijnen het ras verder helpen voortzetten. Het geeft mij zo ontzettend veel voldoening om een bijdrage te leveren aan het ‘doodle geluk’ welke vele gezinnen inmiddels ervaren.

Wat mag u van ons verwachten?

Alle honden zijn onze huishonden en ook de pups worden in huis geboren. De pups zullen op deze manier zo goed mogelijk gesocialiseerd worden. Zij wennen ook aan alle geluiden van een huishouden.
De pups zullen voordat ze hier uit vliegen regelmatig geknuffeld worden en veel liefde ontvangen, maar ook zullen we grenzen stellen wat naar ons idee ook erg belangrijk is. Daarnaast besteden wij veel aandacht aan de verdere socialisatie van de pup.
Wij oefenen met het lopen aan een lijn, laten ze zoveel mogelijk indrukken op doen van de buitenwereld. De pups worden onderzocht door onze bekwame dierenarts en allen krijgen een Europees dierenpaspoort mee waarin hun gezondheidsverklaring staat.

Daarnaast zijn wij voorstander van het voeren van hoogwaardige voeding die het dichtst bij de natuur staat. 
Dit geven wij in de vorm van Kvv. Dit is vers vlees met alle mineralen en vitaminen en dergelijke in de juiste verhoudingen en zonder toevoegingen van kleurstoffen, granen, conserveringsmiddelen of andere voor de hond onnodige en zelfs soms schadelijke ingrediënten.
Wij zijn er van overtuigd dat deze voeding bij draagt aan hun goede gezondheid.

Australian Labradoodles worden beschermd gefokt om zo alle bijzondere kwaliteiten te kunnen behouden. Pups werden en worden daarom nog steeds bij enkele fokkers gesteriliseerd of gecastreerd voordat ze het nest verlaten. Dit om wildfok te voorkomen. Wij zijn altijd tegen deze ingreep op jonge leeftijd geweest en zijn dan ook verheugd dat nu meer fokkers op een andere manier werken.

Wel willen wij natuurlijk ook dat het ‘ras’ zijn goede kwaliteiten behoudt en er alleen met honden gefokt word die daar ook geschikt voor zijn. Daarom spreken wij graag met onze pup kopers af dat er niet zonder toestemming met de hond gefokt zal worden. Het belang van de hond staat altijd op de eerste plaats!

Dr. Walter Strikkers heeft voor ons een korte uitleg gegeven om ons standpunt van vroegcastratie te onderbouwen:

logo


Nadelen van vroege castratie bij teven en reuen

Bij bepaalde rassen komt het voor dat de pups op zeer jonge leeftijd 6-10 weken gecastreerd worden, dit is diergeneeskundig om meerdere redenen niet aan te raden. Hierbij een opsomming van de medische redenen:

  • zeer jonge dieren hebben een hoger anesthesierisico en meer kans op onderkoeling en te ver dalen van het bloedsuiker tijdens en na de operatie
  • bij teefjes die op zeer jonge leeftijd worden gecastreerd is een verhoogde frequentie aangetoond van vaginitis, blaasontsteking en urine-incontinentie
  • zowel bij reuen als teven zijn er aanwijzingen dat er een toename van heupdysplasie wordt waargenomen na vroege castratie
  • qua gedrag is er ook een nadeel aan vroege castratie, namelijk een toename van angst voor geluid en (hyper)sexueeel gedrag
  • qua gedrag bij de teef is er door gedragsdeskundige vastgesteld dat het gedrag van de teef in een groep honden bij castratie na de eerste loopsheid stabieler is. De hond kan zich “beter redden” in een groep honden dan bij teven die op zeer jonge leeftijd zijn gecastreerd.Naast deze medische redenen zijn er ook populatie technisch gezien redenen om vroege castratie van teven en reuen niet te doen. We dienen ons te realiseren dat de we moeten proberen om bij alle rassen van hond en kat de genenpool zo groot mogelijk te houden om inteelt te voorkomen. Dus als er geen screening heeft plaatsgevonden op medische zaken, kan het dus zijn dat we, voor het ras, zeer waardevolle dieren castreren en op deze manier de genenpool verkleinen.Dat zeer jongen reuen en teven toch gecastreerd worden heeft dus geen positief effect op het individuele dier en ook niet op de populatie en is niet wenselijk om de ingreep uit te voeren.
Walter Strikkers, dierenarts

Voordat wij met een hond gaan fokken is deze volledig gekeurd en onderzocht op eventuele genetische afwijkingen. Onderzoeksresultaten zijn bij ons in te zien. Ook hun algehele gezondheid moet perfect zijn voordat wij ze inzetten. Daarnaast hebben wij van al onze fokhonden hun DNA profiel vast laten leggen.

Dit is in het kort wat u van ons mag verwachten.

Wij verwachten van onze pup kopers dat zij onze pups een liefdevol thuis kunnen geven met voldoende tijd en aandacht voor de hond. Dat zij de hond ook zijn grenzen zullen aangeven. Dat zij bereid zijn te investeren in de vachtverzorging. Kortom, dat zij de hond de nodige uitdaging kunnen geven die de individuele hond nodig heeft zodat het een maatje voor het leven zal worden.